Dag iedereen! Ik heb een vraagje voor jullie: sin a · sin(b-c)+ sin b · sin(c-a)+sin c ·sin(a-b) = 0 hoe moet ik dat oplossen? Dankjewel!
Alicia
3de graad ASO - zondag 11 januari 2004
Antwoord
Hallo
Is het eigenlijk dat je moet bewijzen dat die uitdrukking gelijk is aan nul? In dat geval: Werk sin(b-c); sin(c-a) en sin(a-b) uit met de som en verschilformules:
sin(x-y)=sinx·cosy-cosx·siny
dan moet je die haakjes distributief uitwerken, en dan zie je dat alle termen 2 aan 2 tegengesteld zijn (3 keer dus, er zijn 6 termen.) Alles valt dus weg, en je krijgt 0.