Voor de luchtwrijving die een een vallende regendruppel met straal r (in m) ondervindt geldt:
F(luchtwrijving)= 0.5·0.6·1.3·pr2·v2
Leid voor de zwaartekracht van die druppel af:
F(zwaartekracht)= (4/3)pr3·1·103·g
Erbij staat gegeven: åF=m·a
g is de zwaartekracht. m is de massa. a is de versnelling.
Bedankt alvast,
MVG
H.
H.
Leerling bovenbouw havo-vwo - zondag 30 november 2003
Antwoord
Dit lijkt veel moelijker dan het is: De inhoud van een bol is 4/3pr3, als r de straal is. Dit kun je ook terug zoeken in BINAS! Wiskundig zit er verder niets achter.