Hoe kan ik een breuk met een andere breuk vergelijken en vaststellen welke breuk het grootst of kleinst is.
Als voorbeeld heb ik 3/4 of 4/7. Hierbij lijkt me dat 3/4 grooter is, maar dit is puur inzicht. Hoe kan ik dit berekenen (bijvoorbeeld met een formule)?
Bart
Student hbo - woensdag 26 november 2003
Antwoord
Breuken zijn het best te vergelijken als je ze gelijknamig maakt of anders gezegd op gelijke noemer brengt.
In drie stappen wordt dit: 1) Zoek het kleinste gemene veelvoud van de noemers 2) zet alle breuken op deze noemer 3) orden volgens teller.