hoe maak je dit bewijs af door te laten dat driehoek ABC en driehoek AGH drie gelijken hoeken hebben?
gegeven
driehoek ABC
Te bewijzen
Er bestaat een driehoek die gelijkvormig, maar niet congruent is met driehoek ABC.
Bewijs
Kies een punt H tussen A en C. Kies een punt G tussen A en B zodat ÐAGH = ÐABC.
christ
Leerling bovenbouw havo-vwo - vrijdag 14 november 2003
Antwoord
Uit ÐAGH=ÐABC volgt GH//BC (F hoeken) Hieruit volgt ÐAHG=ÐACB (F hoeken) dus DABC~DAGH. (hh) (de derde hoek is dan vanzelf gelijk).
Uit H tussen A en C volgt dat AHAC en dus zijn de driehoeken niet congruent.
Noot: Het bewijs van de gelijkvormigheid kan nog simpeler op de volgende manier: driehoek ABC en driehoek AGH hebben hoek A gemeenschappelijk. Bovendien is ÐAGH=ÐABC. (gegeven). Hieruit volgt dat beide driehoeken gelijkvormig zijn (gelijkvormigheidsgeval hh). Klaar is Kees.