\require{AMSmath} Limieten hallo, weet u hoe je de limiet kan vinden van (3n k) / (n k) als k een constante is en n®¥? (lees: 3n boven k gedeeld door n boven k) Alvast bedankt! Anne K Student universiteit - dinsdag 9 september 2003 Antwoord Hoi, We veronderstellen dat k>0.(3n k) = (3n)!/[(3n-k)!.k!] en (n k) = n!/[(n-k)!.k!], zodat (3n k)/(n k)= (3n)!/(3n-k)!.(n-k)!/n! = [(3n).(3n-1). .. (3n-k+1)]/[n.(n-1). ... (n-k+1)] Voor k>0 zijn teller en noemer veeltermen van de k-de graad in n met coëfficiënten van nk respectievelijk: 3k en 1. De limiet voor n®¥ is dus 3k/1 = 3k. Je gaat na dat deze uitdrukking ook geldt voor k=0. Groetjes, Johan andros dinsdag 9 september 2003 ©2001-2024 WisFaq
\require{AMSmath}
hallo, weet u hoe je de limiet kan vinden van (3n k) / (n k) als k een constante is en n®¥? (lees: 3n boven k gedeeld door n boven k) Alvast bedankt! Anne K Student universiteit - dinsdag 9 september 2003
Anne K Student universiteit - dinsdag 9 september 2003
Hoi, We veronderstellen dat k>0.(3n k) = (3n)!/[(3n-k)!.k!] en (n k) = n!/[(n-k)!.k!], zodat (3n k)/(n k)= (3n)!/(3n-k)!.(n-k)!/n! = [(3n).(3n-1). .. (3n-k+1)]/[n.(n-1). ... (n-k+1)] Voor k>0 zijn teller en noemer veeltermen van de k-de graad in n met coëfficiënten van nk respectievelijk: 3k en 1. De limiet voor n®¥ is dus 3k/1 = 3k. Je gaat na dat deze uitdrukking ook geldt voor k=0. Groetjes, Johan andros dinsdag 9 september 2003
andros dinsdag 9 september 2003
©2001-2024 WisFaq