En dit is inderdaad precies wat jij had. De dekpunten vind je waar T(u)=u of [x y]=[1-3x 3y-1] en de oplossing hiervan is inderdaad d(1/4 1/2).
Wat het vereenvoudigen betreft, kunnen we T([x y])=[1 -1]+3.[[-1 0][0 1]][x y] schrijven. Of met S=[[-1 0][0 1]]: T(u)=a+kSu. We kunnen T dus zien als de samenstelling van 3 transformaties T = T'3 o T'2 o T'1 met T'1:u®Su T'2:u®ku T'3:u®u+a
En deze zijn eenvoudiger dan de oorspronkelijke: T'1 is een spiegeling om de Y-as T'2 is een vermenigvuldiging vanuit o met k=3 T'3 is een verschuiving over a(1,-1)