Op 1000m hoogte waait een wind van zuidwest naar noordoost, met een snelheid van 24m/sec. Op 3000m hoogte waait tegelijkertijd een wind van oost naar west met een snelheid van 30m/sec.
De windschering is de snelheidsvector op hoog niveau minus de snelheidsvector op laag niveau.
teken de vectoren van die deze winden voorstellen op één (horizontaal) vlak geprojecteerd, en teken ook op deze figuur de windschering
bereken de coordinaten van de vector die de windschering voorstelt.
bereken de lengte van die vector (grootte van de windschering)
Vooral op vraag b zou ik graag een antwoord krijgen dank u!
jelle
Student universiteit - maandag 25 augustus 2003
Antwoord
Je kunt de 'wind' voorstellen als een vector, waarbij de lengte van de vector de windsnelheid voorstelt en de richting de windrichting. Je krijgt dan de volgende tekening: