Bij som 1 krijgt men t2+8t=3 =t2+8t-3=0 maar hoe haalt men dit buitenhaakjes dat kan toch niet ofwel ? Het zelfde probleem bij som 4: t2-t-4.
En bij sommetje 5 weet ik niet hoe u uit:
3t/4 = t+1/2 ,t=2 krijgt. waarbij u verder krijgt :
t2=2x-4 maar hoe gaat men dan verder ik dacht eerst om de kwadraat naar de andere kant te brengen dus dan krijgt men dit : t=Ö2x-4 maar ja dan weet men x nog steeds niet.
Kunt u mij verder helpen, ik ben nogal een leek in wiskunde zoals u al heeft gemerkt.
tim
Leerling bovenbouw havo-vwo - donderdag 22 mei 2003
Antwoord
De tweedegraads vergelijking t2 + 8t - 3 = 0 kun je alleen maar oplossen met de abc-formule. In dit geval geldt a = 1 en b = 8 en c = -3 De discriminant D = b2 - 4ac is dan gelijk aan 76, en het feit dat dit geen zuiver kwadraat is betekent dat er geen 'mooie' oplossingen uit komen. Je krijgt: t = (-8 + Ö76)/2 resp. t = (-8 - Ö76)/2.
Voor t2 - t - 4 = 0 geldt hetzelfde. Hier is a = 1 en b = -1 en c = -4, en verder moet je het dan zelf maar (weer) eens proberen.
De vergelijking 3t/4 = t + 1/2 kun je, vanwege de breuken, het beste met 4 vermenigvuldigen. Dan krijg je 3t = 4t + 2 en dat kan en mag geen probleem zijn (maar er komt in elk geval geen t = 2 uit zoals je schrijft!)
En het stukje t2 = 2x - 4 zegt mij niks. Het is geen vergelijking, dus wat je er precies mee wilt ontgaat me. Stel de vraag echter gerust nogmaals, maar dan wel iets duidelijker graag.