Ik neem aan dat het hier om een rekenkundige rij gaat, dat wil zeggen: het verschil van twee opeenvolgende termen is steeds hetzelfde. Noem v het getal wat je steeds moet optellen om de volgende term te krijgen. Het expliciete voorschrift is dan altijd: tn = a + (n-1)·v
We gaan eerst v berekenen als volgt: Je weet t9. Dan is t10 = t9 + v = 18 + v t11 = t10 + v = 18 + v + v = 18 + 2v t12 = t11 + v = 18 + 3v Maar je weet ook: t12 = -18 Dat betekent dat 3v = -36, ofwel v = -12. Nu nog a berekenen. Nu weet je dus: tn = a + (n-1)·12 Vul nu bijvoorbeeld voor n het getal 9 in, en voor tn het getal 18. Daaruit moet je a kunnen berekenen. Dan heb je je expliciete voorschrift. Tenslotte nog t5. Dat is een kwestie van n = 5 invullen. Dat moet lukken. succes, groet