De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijshome | vandaag | gisteren | bijzonder | gastenboek | wie is wie? | verhalen | contact |
||||||||||||||||||
|
\require{AMSmath}
Ringen en lichamenIk ben me volledig stuk aan het bijten op de lichaamsuitbreidingen. Ik moet een bewijs leveren voor: AntwoordJe mag niet zomaar extra aannamen doen. Je kunt gewoon aantonen dat L1=Q(wortel(2),wortel(11)) en L2=Q(wortel(2)+wortel(11)) aan elkaar gelijk zijn: omdat wortel(2)+wortel(11) in L1 zit volgt meteen dat L2 een deel van L1 is; omgekeerd moet je laten zien dat wortel(2) en wortel(11) in L2 zitten: het kwadraat van wortel(2)+wortel(11) zit in L2, en dus ook wortel(22). Maak nu het kwadraat van wortel(11)+wortel(22), dat is 11(3+2*wortel(2)) en dat zit in L2 maar dan zit wortel(2) in L2, en daarmee ook wortel(11).
home | vandaag | bijzonder | gastenboek | statistieken | wie is wie? | verhalen | colofon ©2001-2024 WisFaq - versie 3
|