gegeven: 1 punt:(1,0,4) en 1 vlak:( k+4l,-k+l,2k)
Ik snap niet hoe ik met meerdere richtingsgetallen een parametervoorstelling (van de loodlijn) moet maken, ik weet al het 1ste stukje (1,0,4)+ k(...)
in het boek staat dat er in de K kolom; -2,8,5 is... maar ik snap niet hoe ze aan K komen terwijl er 2 richtingsgetallen zijn gegeven... zoude jullie me willen helpen hiermee?Furkan
14-4-2022
Je kun het vlak schrijven als $k(1,-1,2)+l(4,1,0)$, je moet dus een vector hebben die loodrecht staat op de twee vectoren die je daar ziet.
En $(-2,8,5)$ is zo'n vector.
Die maak je door $x-y+2z=0$ en $4x+y=0$ op te lossen.
kphart
14-4-2022
#93545 - Ruimtemeetkunde - 3de graad ASO