WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op zaterdag 23 november 2024

Goniometrische vergelijkingen

3·tan(4x-7$\pi$/6) +√3 =0

tan(4x-7$\pi$/6) =-√3/3

tan y =tan(-$\pi$/6)

4x-7$\pi$/6 = (-$\pi$/6)+k· $\pi$
4x = $\pi$ +K·$\pi$
x= $\pi$/4 +K·$\pi$/4

Volgens het boek zou x = 0.25$\pi$·k zijn
Wat doe ik fout?

Timmy Van Epperzeel
14-5-2020

Antwoord

Je kunt 4x=$\pi$+k·$\pi$=(k+1)·$\pi$ ook schrijven als 4x=m·$\pi$ (m=k+1)
Dan geldt x=m·$\pi$/4
Maar natuurlijk ook x=k·$\pi$/4 (immers zowel k als m kunnen alle gehele getallen voorstellen)

OK zo?
Anders verder doorvragen.

hk
14-5-2020


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#89887 - Goniometrie - 3de graad ASO