De kans dat een gehuwde man naar TV kijkt is 0,5 terwijl de kans voor zijn vrouw 0,7 is. De kans dat een man kijkt als zijn vrouw kijkt is 0,6
a Bereken de kans dat beiden naar TV kijken
b Bereken de kans dat alleen de man kijkt
c Bereken de kans dat geen van beiden kijken
d Bereken de kans dat minstens 1 van beiden kijkt
Ik heb voor a 0,7·0,6=0,42
Voor b 0,42/0,84 = 1/2
Is dit juist? Maar c en d weet ik niet ??Vanneste D
4-6-2018
Ik zou een kanstabel maken. Vul je gegevens in en dan volgt de rest (bijna) vanzelf:
Is dat handig of is dat handig? Lukt dat zo?
WvR
4-6-2018
#86372 - Kansrekenen - 3de graad ASO