Als A = 2i + j + k, B = i - 2j + 2k en C = 3i - 4j + 2k, vind dan de projectie van A + C in de richting van B. Antw.: 17/3 hier kom ik ook niet uit, kunt u mij helpen.
ik zelf heb eerst a en b met elkaar opgeteld waarbij ik als antwoord 6i -7j-17k heb gekregen, maar als ik dit in de richting van b wil zetten is dit bij mij niet gelukt? enige ideeester
28-1-2018
1. Waarom tel je $a$ en $b$ op als in de som naar $A+C$ verwezen wordt?
2. De optelling klopt niet: $A+B=3\mathbf{i}-1\mathbf{j}+3\mathbf{k}$.
3. Wat bedoel je precies met "projectie in de richting van $B$"? Het lijkt me dat een projectie van een vector weer een vector is en niet een getal.
kphart
28-1-2018
#85631 - Lineaire algebra - Student hbo