Bespreek het aantal oplossingen :
x3-mx+m=0hanne
28-9-2013
Wat je hier kunt doen is: beschouw de functies f(x)=x3 en
g(x)=m·(x-1). Teken deze bijvoorbeeld eens voor m=5, dan zie je wat er gebeurt.
Het kantelpunt van het aantal oplossingen (min 1 en max 3) is wanneer deze functies elkaar raken. Dus dan geldt: x3 = m·x-m en 3x2=m deze laatste substitueren en je vindt raakpunten voor x=0 en x=1,5. Bij die laatste hoort dan de waarde 6,75 voor m.
Met vriendelijke groet
JaDeX
jadex
28-9-2013
#70990 - Vergelijkingen - 3de graad ASO