WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op vrijdag 22 november 2024

Modulo rekenen

Modulo rekenen is niet echt mijn ding,
ik zit in mijn cursus vast bij de volgende berekening:

vergelijking 1:
1 = 55 - (2 ∙ 27)

Vergelijking 2:
2 = 32232 - (55 ∙ 586)
= -(55∙586) mod 32232

2 invullen in 1 geeft:
1 = 55 -(-(55 ∙ 586)∙ 27) mod 32232
= 55 + (55 ∙ 586 ∙ 27) mod 32232
= 55 ∙ (586 ∙ 27 + 1) mod 32232
......

De overgang van de voorgaande stap naar de vetgedrukte stap zijn voor mij niet duidelijk... alvast bedankt!

Lore
9-1-2013

Antwoord

Aangenomen dat je het hebt over de laatste twee regels (het vetgedrukte is niet te zien!): het getal 55 dat je twee keer ziet staan in de voorlaatste regel, wordt buiten haakjes gehaald.
Vergelijk het maar eens met a + abc waarvan men a(1 + bc) maakt.
Die a is hier dan 55 en het getal 1 tussen de haakjes heeft men achteraan gezet.

MBL
9-1-2013


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#69489 - Getallen - 3de graad ASO