Deze vraag is gerelateerd aan RSA waarin:
n=p·q
totient n=(p-1)·(q-1)
Ik ben achter het volgende patroon gekomen:
Stel x·y=K
En (x-1)·(y-1)=L
Dan K-L=x+y-1
Bijvoorbeeld:
3·5=15
2·4=8
Dan 15-8=3+5-1=7
Maar ik loop vast in een poging dit te verklaren:
x·y=xy
(x-1)·(y-1)=xy-y-x+1
Te bewijzen is nu dat xy-(xy-y-x+1)=y+x-1 (het patroon dat ik hiervoor heb ontdekt)
xy-xy-y-x+1 kan worden uitgeschreven naar xy-xy=y+x-1, dat lijkt op het gewenste antwoord maar lijkt niet helemaal te kloppen.
Wat doe ik hier precies verkeerd?
Alvast bedankt voor uw antwoord.Bas
26-9-2012
Misschien moest je het stukje -(xy-y-x+1) maar eens vervangen door
-xy+y+x-1.
Dat scheelt stukken!
MBL
26-9-2012
#68455 - Cryptografie - Student universiteit