U kunt ook stellen dat a en b beiden geen 3-voud zijn. Ik maak dus geen gebruik van de identiteit met m en n.
Dan zijn er ni 4 mogelijkheden: a en b is 3-voud+1. Alle 4 combinaties geven dat c2 een even getal casu quo een 3-voud-1. Echter een 3-voud-1 kan nooit een kwadraat zijn. Ik heb dus een tegenspraak afgeleid waardoor de originele uitspraak dus waar is. Akkoord?herman
17-5-2012
Je bedoelt waarschijnlijk dat c2 gelijk is aan 2 modulo 3 oftewel een 3-voud -1.
(Even getallen zijn getallen die deelbaar zijn door 2.
Een drievoud-1 is niet perse een even getal (bijvoorbeeld 11 is een drievoud -1).
Verder accoord.
Maar mijn opmerking over de spelregels sloeg er in feite op dat je bij het stellen van je vraag al laat blijken wat je gedaan hebt, en niet pas achteraf.
hk
17-5-2012
#67605 - Getallen - Leerling bovenbouw havo-vwo