Een punt aan de omtrek van een slijpsteen legt gedurende de 1e seconde één keer de cirkelomtrek af. De beginsnelheid is nul. Bereken de hoekversnelling en het aantal radialen dat tijdens de vierde seconde doorlopen wordt. Na hoeveel tijd is de omtrek drie keer doorlopen?
Antw zijn:
Gevraagd
A: Hoekversnelling tijdens de vierde seconde t=4 sec:
Form:
is de hoekverdraaing in bepaalde tijd (sec)
En het aantal radialen wat doorlopen is tot dan.
B: Na hoeveel tijd is de omtrek 3x doorlopen?.
Opl:
A: wat gaat hier fout ?
B:
klopt dit
w den hartogh
26-11-2011
Hallo,
Bij het insturen van je vraag zijn je formules en berekeningen niet overgekomen. Ik kan dus niet zien wat er bij jouw uitwerking fout gaat. Ik kan de opgave wel uitwerken.
Ik noem:Uit de opgave maak ik op dat je uit de gegevens van de eerste seconde de hoekversnelling moet berekenen en dat je verder moet aannemen dat deze hoekversnelling constant is. Dan gelden deze formules:
- j = doorlopen hoek in rad
- w = hoeksnelheid in rad/s
- a = hoekversnelling in rad/s2
Nu kunnen we gaan rekenen:
- a = c
- w = òa×dt = c×t
- j = òw×dt = 1/2c×t2
Hoekversnelling: op t=1 geldt: j = 2p rad. Invullen in (3) geeft: c = 4p rad/s2
Doorlopen hoek in 4e seconde: jt=4 - jt=3 = 32p - 18p = 14p rad
Omtrek 3 keer doorlopen betekent: j = 6p rad. Invullen in (3) geeft:
6p = 2p×t2 Þ t = Ö3 s
OK?
GHvD
26-11-2011
#66261 - Formules - Student Hoger Onderwijs België