WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op zondag 24 november 2024

Vergelijking met haakjes

Ik ben bezig met wiskunde, ik dacht dat ik de vergelijkingen nog wel zou begrijpen, maar helaas...
Mijn antwoorden komen in de verste verte niet overeen met de antwoorden in het boek.

Zou jij mij stap voor stap uitleggen hoe dit werkt, vooral met die stomme haakjes?

Zoals:
3(4x-6) = 5(-3x+7$\frac{1}{5}$)
1/2(-4x+6)=-4(2x-3)

Deze snap ik wel
9x = 4(5+x)

MS
3-11-2011

Antwoord

Die haakje staan er om aan te geven dat je wat tussen de haakjes staat moet vermenigvuldigen.

$
\eqalign{
& 3\left( {4x - 6} \right) = 5\left( { - 3x + 7\frac{1}
{5}} \right) \cr
& 12x - 18 = - 15x + 36 \cr
& 27x = 54 \cr
& x = 2 \cr}
$

De andere opgave gaat precies zo. Probeer dat maar 's.

WvR
3-11-2011


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#66097 - Vergelijkingen - Leerling mbo