Hoi,
Ik weet niet zeker of ik deze vraag goed op heb gelost en heb niet de mogelijkheid om na te gaan of mijn antwoord klopt.
Stel bij het poolen is gemeten hoeveel ballen er in welke pocket worden geschoten. De meting heeft een lengte van 3 potjes, ieder potje wordt gespeeld met 15 ballen (plus de bal waarmee geschoten wordt, maar deze word niet meegeteld). De uitkomst is als volgt:
Linksonder: 11
Rechtsonder: 6
Links-midden: 3
Rechts-midden: 2
Linksboven: 10
Rechtsboven: 13
Bert heeft net een bal in de pocket gespeeld. Wat is de kans dat deze in één van de hoekpockets terecht is gekomen?
Is dit dan:
P(X in de hoekpocket)=(3/11+3/6+3/10+3/13)/3 0,448
Of moet ik hier eerst de uitkomst van de tabel delen door 3? Of moet ik het zien als 1/11+1/6+1/10+1/13. Moet ik dat dan delen door 3? Ik snap het even niet....
Bedankt!Dennis
1-7-2011
Zou 't niet zoiets moeten zijn als (11+6+10+13)/(11+6+3+2+10+13)? Zeg maar Laplace...
WvR
2-7-2011
#65345 - Kansrekenen - Iets anders