Bedankt voor uw uitleg dat begrijp ik nu.
Nu zit ik vast met een ander vraag c. De winkelier besluit per week tien keer zo veel aan reclame uit te geven als de verkoopprijs van een blik is.
Druk q uit in p.
Kunt u mij dit op een gedetailleerd manier uitleggen?
Alvast bedankt.Stan
22-1-2011
Je hebt q = -10p + 0,3A + 150 en je weet nu dat A=10p. Als je tien keer zoveel aan reklame uitgeeft als verkoopprijs dan geldt A=10p. Invullen geeft:
q = -10p + 0,3·10p + 150
q = -10p + 3p + 150
q = -7p + 150
Je hebt nu q uitgedrukt in p als A=10p. Zoals je ziet is het vooral een kwestie van invullen en uitrekenen wat je uit kan rekenen, gelijksoortige termen samennemen en dan klaar:-)
WvR
22-1-2011
#64111 - Vergelijkingen - Leerling bovenbouw havo-vwo