Ik had u al reeds een viertal vragen gesteld. U hebt me veel geholpen voor 3 onder hun maar voor de vierde geraak ik er nog altijd niet uit .
van een rechthoek ABCD zijn gegeven de punten A (2,6) en B (2,5) terwijl het hoekpunt C op de rechte 3x-4y=2 ligt. Bepaal de coordinaat van D
Danku vriendelijkvincent schurmans
7-6-2009
Je snijdt de lijn y = 5 (zo hoog ligt immers punt B) met de lijn 3x-4y = 2.
Vervang dus in deze vergelijking y door 5 en de x rolt eruit.
Omdat D recht boven C ligt en evenhoog als A, heb je nu toch de coördinaten te pakken?
Maak er even een tekeningetje bij en je ziet het!
MBL
MBL
7-6-2009
#59555 - Analytische meetkunde - 2de graad ASO