Okee, stel dat ik dat niet had gedaan. dan kwam ik dus
hierop uit:
...
= 8sin(3x+1/2)cos(-1/2)
= 8cos(-1/2)sin(3x+1/2)
1. dan klopt het toch niet met de opgave?
want ik moet uitkomen op een vorm met (x-c):
s(x) = asinb(x-c)
2. vervolgens had ik dan voor a, 8cos(-1/2) ingevult, maar dit maakt dus geen verschil? 8cos(-1/2) = 8cos(1/2)
en dit had de leraar dan dus ook goed gerekent?
Bedankt!
Céline
14-4-2009
Beste Céline,
De uitdrukking "8cos(-1/2)sin(3x+1/2)" staat in de gewenste vorm, met c = -1/2. Want als c = -1/2 dan is x-c = x+1/2 en dat is precies wat je hebt.
Zowel cos(-1/2) als cos(1/2) is juist (dat is namelijk toch precies hetzelfde...) maar het zou wel kunnen dat je leraar wil dat je zo ver mogelijk vereenvoudigt; in dat geval heeft cos(1/2) de voorkeur.
mvg,
Tom
td
14-4-2009
#59004 - Goniometrie - Leerling bovenbouw havo-vwo