ik moet in mijn PO de pv van een cilinder en een bol afleiden. respectievelijk: x=r cos t y=r sin t z=u, en
x=r cos t cos u y=r sin t cos u z=r sin u
alleen heb ik geen idee waar ik mijn begin moet maken met het afleiden van deze pv's.
oh en wat zijn loxodromen?
bij voorbaat dank,
groetjes stachStach Aarts
9-12-2002
Ik weet niet precies wat je met pv bedoelt, afko's gaarne voluit schrijven. Ik zal een gooi doen naar wat je nodig hebt:
cilinder:
x=r.cost; y=r.sint; z=u
je ziet ten eerste dat z geen relatie heeft met x en y
ten tweede: vergelijkingen van dit soort lichamen (beschreven met sinussen en cosinussen) kun je al snel "tackelen" door alles te kwadrateren:
x2=r2cos2t; y2=r2sin2t; z2=u2
dus moet ook gelden dat
x2+y2 gelijk is aan r2(cos2t+sin2t)=r2.1=r2
ofwel:
x2+y2=r2 met r de straal
Dit komt je misschien bekend voor als de vergelijking van een cirkel met middelpunt (0,0)
De z komt niet in deze vergelijking voor. Kennelijk geldt deze gelijkheid voor alle denkbare z-coordinaten, en dat is ook wat je je wel kunt voorstellen bij een oneindig lange cilinder.
Bol:
x=r.cost.cosu; y=r.sint.cosu; z=r.sinu
Hier zie je dat vanwege de u's en de t's,
de x, y, en z coordinaten wel onderling van elkaar afhangen.
Wederom alles kwadrateren:
x2=r2cos2t.cos2u
y2=r2sin2t.cos2u
z2=r2sin2u
nu geldt dat x2+y2=r2cos2t.cos2u+r2sin2t.cos2uÛ
x2+y2=r2cos2u(cos2t+sin2t)=r2cos2u.1=r2cos2u
en dus is
(x2+y2)+z2=r2cos2u+r2sin2u = r2.1=r2
zodoende geldt voor een bol:
x2+y2+z2=r2 met r de straal
groeten,
martijn
mg
11-12-2002
#5845 - Functies en grafieken - Leerling bovenbouw havo-vwo