WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op vrijdag 22 november 2024

Re: Logaritmische vergelijkingen

je moet het beschouwen als een 10log :p

yann
29-1-2008

Antwoord

Deze vergelijking heeft dan geen oplossing.
Dat kun je zien als je de grafieken van het linkerlid en het rechterlid tekent met een grafisch rekentoestel.
Om dat te kunnen doen zet je het linkerlid om in
2*(log(x-1)-(log(x^2+1))/log(4))
en het rechterlid in 1-log(25)/log(4)
Je krijgt dan zo'n soort plaatje:
q54145img1.gif
Duidelijk is te zien dat de twee grafieken geen enkel punt gemeen hebben

hk
31-1-2008


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#54145 - Logaritmen - 3de graad ASO