ik zie het nog steeds niet.....
zou u een voorbeeld kunnen uitwerken voor mij voor zowel de arcsin en arccos mbv van de gegeven driehoek?
bijvoorbeeld
1) arcsin{cos$\pi$/3}
2) arcsin{sin2$\pi$/3}
p.s.
arccos(sin(A)) = 1/2 $\pi$ - A (moet A niet gewoon de hoek in rad zijn...of anders gezegd geeft de vergelijking niet hoek c)
alvast dank voor de moeite.
mvg,
Carlos
carlos
26-10-2007
dag Carlos,
Om met jouw p.s. te beginnen: inderdaad geeft de uitdrukking hier als resultaat hoek C.
Zie je in het plaatje dat sin(C) gelijk is aan cos(A), dus:
sin(C) = cos(A)
arcsin(sin(C) = arcsin(cos(A))
Omdat arcsin(sin(C) hetzelfde is als C (in het eerste kwadrant in ieder geval), geldt dus:
C = arcsin(cos(A))
In jouw voorbeelden:
arcsin(cos($\pi$/3)) = $\pi$/2 - $\pi$/3 = $\pi$/6
arcsin(sin(2$\pi$/3)) = arcsin(sin($\pi$/3)) (terugbrengen naar 1e kwadrant) = $\pi$/3
Kun je hier verder mee?
Anneke
26-10-2007
#52688 - Goniometrie - Student universiteit