De prijs voor een product is:
P(q)= 4-0.09·log(600-q)
Totale kosten zijn te berekenen door formule: TK = q·P(q)
--Toon nu aan dat MK= (-0.09q)/(ln10·(600+q) +4-0.09log(600+q)
Ik snap al niet hoe ik formule P(q) met q moet vermenigvuldigen..
TK= 4q -0.09q·(log(600+q))q Is dit juist?
En nu ?? hoe moet ik dit differentieren?
Alvast Bedankt, Groetjes
TManon
1-11-2006
Beste Manon,
Volgens de formule geldt: TK = q.P(q) = q.(4-0,09.log(600-q)).
Om nu de haakjes uit te werken, moet je elke term met q vermenigvuldigen. De eerste term 4 wordt dan inderdaad 4q, maar jij hebt de volgende term twee keer met q vermenigvuldigd, voor- en achteraan. Dat moet maar een keer zijn, dus:
TK = 4q-0,09q.log(600-q)
Nu bepaal je MK als de afgeleide van TK naar q. Voor de tweede term kan je daar de productregel voor gebruiken.
mvg,
Tom
td
1-11-2006
#47436 - Differentiëren - Leerling bovenbouw havo-vwo