Hallo, ik heb sommen met functies. Ik snap wel hoe ik deze moet uitrekenen, alleen niet als het een begatief getal is.
Bijvoorbeeld:
f(x)= 3x3-11x2+5x+3
De vraag van de som is:
bepaal f(x) voor x=2, x=-2 en x=3.
Als ik x=2 neem dan is het antwoord -7
Maar als ik x=-2 neem dan kom ik uit op 13 maar het antwoord moet -75 zijn. Waar ga ik dan de fout in??vivendi
21-3-2006
Beste,
Misschien ben je "haakjes" vergeten: -22 = -4, maar (-2)2=4.
Ik kom op
f(-2) = 3·(-2)3 - 11·(-2)2 + 5·-2 + 3
= 3·-8 - 11·4 - 10 + 3
= - 24 - 44 - 10 + 3
= -75
En dat klopt als een bus..
FvL
21-3-2006
#44446 - Formules - Leerling bovenbouw havo-vwo