WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op donderdag 21 november 2024

Vergelijkingen oplossen

Kunt u mij helpen deze vraag te beantwoorden:

In oma’s koekjestrommel zaten 31 koekjes. Gisteren namen Evelien en Okke een aantal koekjes. Evelien nam 75% van het aantal dat Okke nam. Vandaag namen ze weer beiden een aantal koekjes. Nu nam Evelien 2/3 van het aantal dat Okke nam. De koekjestrommel is nu leeg. Hoeveel koekjes heeft Evelien in totaal opgegeten?

Ilse
15-3-2006

Antwoord

Omgekeerd... Okke pakte de laatste keer a koekjes, Evelien 2/3a. De eerste keer pakte Okke b koekjes en Evelien 3/4b. Er geldt dan:

a+2/3a+b+3/4b=31
12/3a+13/4b=31
20a+21b=372

Een vergelijking met gehele getallen dus... en die kan je oplossen toch? Zo niet, probeer dan maar eens wat!

WvR
15-3-2006


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#44277 - Vergelijkingen - Leerling bovenbouw havo-vwo