WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op zondag 24 november 2024

Permutaties

Men vormt permutaties met 5 elementen a,b,c,d,e
  1. Hoeveel permutaties bevatten de elementen b en c onmiddelijk na elkaar en in de volgorde bc?
  2. hoeveel permutaties bevatten de elementen a,b,c onmiddelijk na elkaar en in een willekeurige volgorde?
  3. in hoeveel permutaties staat d een of meer plaatsen voor c?

Ine Claes
26-8-2002

Antwoord

Beste Ine,

a) Eerst kijken we naar de mogelijkheid dat bc in deze volgorde achter elkaar staan. Waar kunnen die staan in het rijtje van 5 posities?
op 1&2, op 2&3, op 3&4 en op 4&5.
Er zijn dus 4 verschillende mogelijkheden voor b en c. Dan blijven er nog drie plekken over om a, d en e te 'plaatsen'.
Dat kan op 6 manieren (3 mogelijkheden voor a, dan blijven er twee mogelijkheden voor d en de plek van e blijft over; dus 3·2·1)
In totaal zijn er dus 4·6=24 permutaties

Mogen nu bc ook cb zijn dan verdubbeld het aantal mogelijkheden.

b) deze kun je nu vast zelf wel; let op dat er dit keer meer mogelijkheden zijn om a, b en c achter elkaar te zetten en dat er minder mogelijkheden zijn om d en e te 'plaatsen'.

c) deze opgave lijkt ook wel weer op de vorige. Ik laat je deze ook zelf proberen met de volgende tip:
kijk eerst maar eens op welke (en hoveel) plaatsen d voor c kan staan. Dan blijven er nog 3 plaatsen over om in te vullen en dat kan weer op 6 manieren

gm
27-8-2002


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#4132 - Kansrekenen - Leerling bovenbouw havo-vwo