Gegeven in een geijkte ruimte:
A(x1,y1,z1,)
B(x2,y2,z2)
C(x3,y3,z3).
Bepaal het stel coordinaten van het vierde hoekpunt d van het parallellogram ABCD.
Dus AB = CD
dus B-A=D-C (dit zijn vectoren) hoe moet het nu verder
roberto carlo
20-2-2005
Hallo,
Je bent goed op weg!
B-A = D-C = D = B-A+C
De optelling doe je dan gewoon voor elke component, dus de x-coördinaat van D is die van B-A+C etc.
= D(x2-x1+x3,y2-y1+y3,z2-z1+z3)
mvg,
Tom
td
20-2-2005
#34262 - Ruimtemeetkunde - 2de graad ASO