Ik neem aan dat jullie de cosinusregel kennen:
a2 = b2 + c2 -2 · b · c · cos(a)
b2 = a2 + c2 -2 · a · c · cos(b)
c2 = a2 + b2 -2 · a · a · cos(g)
Gegeven: Je hebt een niet-rechthoekige driehoek met zijden AB,BC,AC !! B = 35°, AB=6, BC=12 en de rest is onbekend.
Gevraagd: Hoek van A en lengte van AC !!
AC lukte wel dat was 7.876681128
We hadden problemen met het oplossen van A !!
Maurice Van Lieshout
30-6-2004
Beste Marco,
We kennen de cosinusregel inderdaad , maar toch bedankt voor de formules (bekijk die van c2 = ... nog eens goed).
|AC|2=|AB|2+|BC|2-2·|AB|·|BC|·cos(ÐABC)
|AC|2=62 + 122 - 2·6·12·cos(35°)
|AC|2 36 + 144 - 144·0,8191520443
|AC|2 62,0421056
|AC| Ö(62,0421056) Þ |AC|7,87668. Die heb je dus correct berekend.
Om nu hoek A (= ÐBAC) te berekenen maak je gebruik van de cosinusregel van de overstaande zijde t.o.v. A, dus van zijde |CB|. |CB|2=|AC|2+|AB|2-2·|AC|·|AB|·cos(ÐBAC).
122 = (7,87668)2 + 62 - 2·7,87668·6·cos(ÐBAC)
144 = 62,0421056 + 36 - 94,52017356·cos(ÐBAC)
144 - 62,0421056 - 36 = -94,52017356·cos(ÐBAC)
45,9578944 = -94,52017356·cos(ÐBAC)
Þ cos(ÐBAC) = -45,9578944/94,52017356
Þ ÐBAC = arccos(-45,9578944/94,52017356) De arccos zit op je rekenmachine, 't is de cos-1-functie (zet 'm wel op graden).
Þ ÐBAC 119,1°
Davy
30-6-2004
#25936 - Vlakkemeetkunde - Student hbo