In de driehoek abc is 2P = A + B + C ,bewijs dat:
sin a = (2/BC)·√[ P·(P-A)·(P-B)·(P-C)]
ik heb de cos-regel gebruikt en kom zover als
sin2 a = 1-[(B2+C2-A2)/(2BC)]2
raf vermeer
22-3-2004
Beste Raf,
Er zijn twee dingen die je hiervoor kunt gebruiken:
- De formule van Heron die zegt dat de oppervlakte van een driehoek gelijk is aan √[P·(P-A)·(P-B)·(P-C)].
- De oppervlakte van een driehoek is ook gelijk aan 1/2·B·C·sin a (want de basis is bijvoorbeeld B en de hoogte C·sin a).
FvL
22-3-2004
#21854 - Goniometrie - 3de graad ASO