Geef de negatie van:
Het is dag en alle mensen zijn wakker.
met d = het is dag
en w(x) = x is wakker
Keuze tussen:
¬d ∧ (Voor alle x element van M) ( w(x))
¬d V (Voor alle x element van M) (¬w(x))
¬d ∧(Voor alle x element van M) ( ¬w(x))
¬d V (Er bestaat x element van M) ( ¬w(x))
¬d ∧ (Er bestaat x element van M) ( ¬w(x))
Derrik
4-3-2004
De gegeven uitdrukking is :
d Ù ("xÎM : w(x))
De negatie van (a Ù b) = Ø(a Ù b) = Øa Ú Øb
Dus
Ø(d Ù ("xÎM : w(x))) = Ød Ú Ø ("xÎM : w(x))
De negatie van "x : f(x) = Ø("x : f(x)) = $x : Øf(x)
Bijvoorbeeld de negatie van "alle elementen zijn rood" is "er zijn enkele elementen die niet rood zijn"
Dus
Ø ("xÎM : w(x)) = $xÎM : Øw(x)
Conclusie:
Ø(d Ù ("xÎM : w(x))) = Ød Ú $xÎM : Øw(x)
Dus oplossing 4.
Bekijk het eerste vraagje dat je gesteld hebt ook nog eens. Daar zit iets onleesbaars in!
LL
4-3-2004
#21030 - Logica - 3de graad ASO