hoe moet ik bij onderstaande formule breukslpitsing toepassen.
1/((s-1)2·(s+2))Math Daemen
12-1-2004
Voor elke factor uit de noemer moet je een nieuwe breuk hebben, als een factor tot een bepaalde macht p voorkomt, dan moet je een breuk nemen voor elke macht van die factor beginnend bij 1 en eindigend bij p.
De graad van de teller is altijd één lager dan de graad van de factor uit de noemer. Dus, stel (s-1)2 staat in de noemer dan moet de graad van de teller 1 lager zijn dan de graad van de factor (s-1) uit de noemer. Dus, de graad van de teller moet 0 zijn of de teller is een constante.
dus 1/((s-1)2(s+2))=A/(s-1)+B/(s-1)2+C/(s+2)
Zet nu het rechterlid op gelijke noemer en stel de tellers gelijk aan elkaar. Daaruit haal je de constanten A,B en C.
Mvg,
Els
12-1-2004
#18722 - Breuksplitsen - Student hbo