2 4help me!
------ + ------ = ?
x + 3 x + 5
3 1
------ + ------ = ?
x - 1 x + 2
alvast hartelijk bedankt!Ann
23-2-2002
Om na te gaan hoe je twee 'formulebreuken' optelt is het handig om eerst eens twee gewone breuken te nemen: bijv 2/3 + 5/7.
Om ze op te kunnen tellen moet je beide breuken gelijknamig maken. Dit kan bij de eerste breuk (2/3) teller en noemer met 7 te vermenigvuldigen (de noemer van de andere breuk) en bij de tweede breuk teller en noemer met 3 (de noemer van de eerste breuk)
je krijgt dan 14/21 + 15/21 en dat is natuurlijk samen 29/21 of te wel 18/21
Wanneer je dit recept toepast op het eerste probleem moet je dus:
- teller en noemer van de eerste breuk met (x+5) vermenigvuldigen
- teller en noemer van de tweede breuk met (x+3) vermenigvuldigen.
- de nieuwe tellers optellen (en uitwerken):
2(x+5) + 4(x+3) = 6x + 22- De nieuwe noemer gebruiken:
(x+3)(x+5)- Het antwoord opschrijven en zo mogelijk vereenvoudigen
gk
1-3-2002
#1651 - Formules - Leerling bovenbouw havo-vwo