Wat klopt?
((b5)5)2 = (b25)2 = b50
((b5)5)2 = (b5)10 = b50
Je bekomt wel de dezelfde oplossing. Mar toch zou ik graag weten welke haakjes je eerst moet uitrekenen om dan met de rekenregel van de macht van een macht te werken.
ThanxPieter
30-10-2003
Daar is in dat geval geen volgorde voor te geven. Vergelijk het met 1+2+3, welke "+" reken je het eerst uit?
In jouw opgave staan de haakjes eigenlijk niks te doen. Dat verandert wanneer er wat meer komt te staan bijvoorbeeld zoals (1+(1+b5)5)2. In dat geval is de belangrijkste regel die van de buitenste-haakjes-eerst.
cl
30-10-2003
#15672 - Getallen - 1ste graad ASO-TSO-BSO