Geachte heer/mevrouw.
Ik heb een vraag over een opgave waar ik totaal niet uitkom. Een voorbeeld van zo'n som is:
6 = 3 · 1,2t hoe bereken je dan t? Ik weet dat je eerst die 3 moet wegwerken tot voor het = teken dan krijg je:
2 = 1,2t maar hoe ik dan verder moet gaan om t uit te rekenen zou ik niet. Ik hoop dat u mij kunt helpen.
mvgPS
2-10-2003
Beste PS,
Je hebt dus een vergelijking van het type:
N=a·bt en wilt t weten.
De oplossing hiervoor ligt in logaritmen. De definitie is:
als a=gx dan geldt x = glog a.
Hiermee kun je nu je eigen probleem waarschijnlijk wel oplossen.
Het handmatig oplossen zou eventueel ook kunnen, zie hiervoor: 1256
Voor meer informatie over logaritmen kun je zoeken binnen wisfaq hierover of: 3107
M.v.g.
Peter
PHS
2-10-2003
#14832 - Vergelijkingen - Leerling bovenbouw havo-vwo