stel je voor dat je een goksysteem hebt waarbij je aan een hendel moet trekken en er drie figuurtjes op je "scherm" komen.
Voor de gemakkelijkheid getallen 0-1-2-...-9
Dus een mogelijkke combinatie zou kunnen zijn 9-9-9 dan heb je jackpot.
Wat is nu de kans dat je drie dezelfde hebt.
Je kan natuurlijk de combianties gaan tellen ja 10
of beter je begint.
In het eerste hokje mogen alle cijfertjes staan.
in het tweede en derde mag er dan nog maar een staan dus 10/....
het totaal aantal mogelijkheden:10*10*10
dus 10/1000
=1/100
Klopt dit?
Dank je,
Ruben
Ruben
13-7-2003
Het totaal aantal combinaties is 1000, waarvan 10 winnend.
Kans op een winnende combinatie is dus 1/100, en de kans op een specifieke combinatie bv 9-9-9 of 7-4-8 is 1/1000.
Een interessant verschijnsel is wel dat mensen over het algemeen de kans op een combinatie als 7-4-8 groter achten dan bv 9-9-9. Daarom staan op lottoformulieren maar zelden combinaties als 1-2-3-4-5-6 aangekruist, hoewel deze combinatie een evengrote winkans geeft als iedere andere combinatie.
Pieter
pl
13-7-2003
#13097 - Kansrekenen - 2de graad ASO