hallo
wij moeten de recursieformule niet kennen en we hebben ze ook niet bekeken in de klas maar toch moeten we deze oefening maken:
de f(x) = xn · (1-x)1/2 · dx n element van N
de grenzen zijn 0 en 1
I(n) = de integrant van f(x) voor deze grenzen
en we moeten bewijzen dat:
I(n) = 2n/(2n+3)· I(n-1)
hierbij is I(n-1)= $\int{}$ xn-1 · (1-x)1/2 · dx
alvast bedankt
stijnstijn
1-5-2003
We moeten dus min of meer de xn omzetten in een xn-1. Dat kunnen we doen door xn af te leiden naar x. Voor het toepassen van partiele integratie, integreren we dus beter eerst (1-x)1/2 zodat in een verdere stap de afgeleide van xn zal verschijnen.
(Denk in wat volgt overal de integratiegrenzen 0 en 1 bij)
In
= $\int{}$xn(1-x)1/2dx
= -2/3$\int{}$xnd[(1-x)3/2]
= -2/3{[xn(1-x)3/2]10 - $\int{}$n xn-1(1-x)3/2dx}
= (2n/3)$\int{}$xn-1(1-x)3/2dx
= (2n/3)$\int{}$xn-1(1-x)(1-x)1/2dx
= (2n/3){$\int{}$xn-1(1-x)1/2dx - $\int{}$xn(1-x)1/2dx}
of dus
In = -(2n/3)[In-1-In]
Oplossen van deze relatie naar In geeft
In = (2n)/(2n+3) In-1
Samen met I0 = 2/3 kan je nu In voor alle waarden van n bepalen.
cl
1-5-2003
#10427 - Integreren - 3de graad ASO