Ik snap dat transformeren van grafieken nog steeds niet goed....
Is er op het net ergens aanvullende info. over te vinden? Ik zou het zo graag goed snappen.
2 voorbeelden:
grafiek f(x)=10√x+50 krijg je alleen in beeld door de basisfuncties te transformeren? Welke basisfuncties?
dan de volgende
z(0)=200(1-10/0+10+100/(0+10)2)
dit krijg ik niet in beeld.
en dan moet ik het in beeld brengen door
grafiek z(t) in beeld te brengen voor 0$\leq$t$\leq$100
Is snap niet goed wat ze dan vragen....
Ik lees me suf in het boek maar vind niet dat de uitleg duidelijk is....
Wie kan me helpen?Marianne
26-4-2003
Bij jouw eerste vraag lijkt het me duidelijk dat je moet uitgaan van de basisfunctie y = √x.
Ik zie niet precies hoe het functievoorschrift van f(x) in elkaar zit.
Mogelijkheid 1: f(x) = 10√(x+50). Je moet nu de basisfunctie 50 naar links verschuiven en het resultaat verticaal vermenigvuldigen met 10 t.o.v. de x-as.
Mogelijkheid 2: f(x) = 10√(x) + 50. Dat is simpeler, vermenigvuldig de basisfunctie verticaal t.o.v. de x-as met 10 en verschuif het resultaat 10 omhoog.
Dat moet toch te vinden zijn in je boek?
Jouw tweede probleem wordt waarschijnlijk veroorzaakt door het vergeten van de haakjes. Ik tik op de TI83 in: Y1=200(1-10/(X+10)+100/(X+10)2) en krijg dan de grafiek prima in beeld.
jr
26-4-2003
#10320 - Functies en grafieken - Iets anders