In een cirkeldiagram geeft de grootte van de sectoren van een cirkel de frequenties weer. Vaak staan in de een cirkeldiagram de percentages erbij. Met een cirkeldiagram krijg je snel een overzicht van de verhoudingen.
Voorbeeld
In een klas kijk je naar de sport die leerlingen doen:
SPORT
FREQUENTIE
voetbal
1
hockey
3
handbal
6
tennis
12
korfbal
6
anders
2
We willen hier graag een cirkeldiagram van tekenen. Dat gaat als volgt:
Tel eerst de frequenties op. Je weet dan het totaal. Maak een aparte kolom met de percentages (frequentie delen door het totaal maal 100) en een aparte kolom voor de hoeken (frequentie delen door het totaal maal 360). Je krijgt dan:
SPORT
FREQUENTIE
PERCENTAGE
HOEK IN GRADEN
voetbal
1
3
12
hockey
3
10
36
handbal
6
20
72
tennis
12
0
144
korfbal
6
20
72
anders
2
7
4
TOTAAL
30
100
360
Met deze gegevens kun je (met je geodriehoek en een passer) het volgende cirkeldiagram tekenen:
Soms worden cirkeldiagrammen ook wel eens zo getekend:
Het staat wel mooi, maar het is iets wat een goed statisticus niet zal gebruiken. Dit soort 3D-effecten vervormen het beeld en geven een verkeerde voorstelling van de verhoudingen. Vooral bij cirkeldiagrammen kun je de werkelijkheid dan aardig manipuleren!